Zuid-Tirol ligt geografisch op de grens tussen de Alpen en de Mediterrane cultuur. Dat levert een perfecte mix op die je voortdurend tegenkomt in de cultuur, de keuken en het landschap. Niet voor niets behoort deze regio al lang tot de topfavorieten van echte skiërs. Lekker eten, topsneeuw en fantastische hellingen en skigebieden. Met gemiddeld 300 zonnige dagen per jaar is het bovendien een van de zonnigste regio’s om te skiën.
Zuid-Tirol telt ongeveer 30 (!) skigebieden die verscholen liggen in het schilderachtige decor van de Dolomieten. Dit is UNESCO werelderfgoed, een predikaat dat je niet zomaar krijgt. Maar wie ooit van de hellingen in Zuid-Tirol naar beneden skiede, en zich vergaapt heeft aan de ronduit ongelooflijke landschappen, weet wel waarom de Dolomieten in die vermaarde UNESCO lijst zijn opgenomen. De meeste skigebieden maken deel uit van de Dolomiti Superski vereniging, het grootste skicircuit van de wereld. Anderen maken deel uit van de Ortler Skiarena, die bekend staat om de vele gezinsvriendelijke skigebieden in het westen van de provincie.
Bijzonder is het natuurreservaat van Sciliar-Catinaccio/Schlern-Rosengarten. Het bezoekerscentrum is zeker een bezoek waard. Ook voor lekker eten en drinken ben je in Zuid-Tirol aan het juiste adres. De plaatselijke keuken combineert pure ingrediënten met uitgesproken smaken, gekruid met een vleugje mediterrane charme. Die combinatie zorgt voor een stevige keuken waarin een aperitief, een pittige antipasto of een zelfgemaakte pasta geen rariteit zijn. Opnieuw is het de combinatie van twee invloeden die voor een uniek smakenpallet zorgt.
Zuid-Tirol is de provincie met de hoogste concentratie sterrenrestaurants. Negentien restaurants leveren maar liefst 26 Michelinsterren op. Er is geen enkel skigebied ter wereld dat gastronomisch beter doet. Genieten op het hoogste culinaire niveau. Tot en met de eerste Wereldoorlog behoorde de regio tot Oostenrijk-Hongarije. In 1918 werd Zuid-Tirol bij Italië gevoegd. De meeste inwoners spreken Duits en Italiaans. Ook spreekt men er nog steeds Ladinisch, een Reto-Romaanse taal die enkel in deze regio wordt gesproken.