Over koeien gesproken. Hier in Adelboden hebben ze de sportiefste herkauwers ter wereld. In het voorjaar lopen – of beter: klimmen – ze over een pad naar het bergplateau Engstligenalp. Een eeuwenoude traditie. Hoe hoger ze komen, hoe sneller ze gaan. Want de koeien weten dat de Alpenweide vol staat met vers, sappig gras. Heel zelden gaat het mis. Zo kwam de afgelopen decennia slechts één onfortuinlijke koe ten val. Dat zijn heel wat betere statistieken dan bijvoorbeeld op de Eiger Noordwand, een paar Zwitserse bergdalen verderop. Daar verongelukten de afgelopen 50 jaar tientallen klimmers. Je zou dus kunnen stellen dat koeien betere alpinisten zijn dan mensen.
Die koeien staan nu natuurlijk lekker op stal. Wij gaan wel naar Engstligenalp. Vanuit een cabinelift zien we loodrechte rotswanden, bevroren watervallen en het ijzingwekkend steile koeienpad. Boven waan ik me op de Zuidpool, Groenland of Spitsbergen. Hier groeit niks (nu niet althans). Deze kille, 2000 meter hoge bergkom is een echte Schneeloch. Tot begin mei kun je hier skiën. Maar je kan ook veel andere spannende activiteiten ondernemen, mits je een beetje koudebestendig bent. Zoals ijsklimmen op bevroren watervallen, sneeuwschoenwandelen, langlaufen en een rondje glijden in de huskyslede van Markus Röthlisberger. Deze zelfbenoemde Swisskimo woont de hele winter in het huisje van de skilift. Dat is nog luxe, want de voorgaande winters sliep Röthlisberger in een iglo. “Maar dat was genoeg na zes jaar”, zegt hij.
Ook wij zitten even later in een heel grote iglo. Met een bevroren labyrint van gangen, koepels en nissen. De Fondue Iglo is dan ook de bijzonderste attractie van Engstligenalp. De menukeuze is uiterst beperkt: fondue en anders niets. (Vooruit, mensen met een kaasfobie krijgen een bordje pasta). Daarbij drinken we thee, glühwein en witte wijn. Na een middag in de vrieskou bestellen we nóg een pan gesmolten kaas, en zo beginnen zelfs bij drie graden onder nul de wangen te gloeien. De cabinelift terug naar het dal lijkt te dansen, maar dat kan natuurlijk ook liggen aan de glühwein. Hoe dan ook, in Steinmattli worden we wederom onthaald met Hollandse gastvrijheid: “Ha, daar zijn jullie weer. Fijne dag gehad?”