Misschien vind je het moeilijk om je de Alpen zonder witte toppen voor te stellen, maar deze realiteit is dichterbij dan je denkt. Klimaatwetenschappers vrezen voor de toekomst van de wintersport als de wereldwijde temperaturen blijven stijgen. In België onderneemt naar schatting jaarlijks 11% van de bevolking de uittocht naar de Alpen voor een weekje wintersport. Dat komt neer op een ecologische voetafdruk van zo’n 1,26 miljoen personen.
Niet alleen de Alpen, maar wintersportgebieden over heel de wereld voelen de gevolgen van de klimaatsveranderingen. Dat blijkt uit een recente Canadese studie die uitwijst dat er in negen van de 21 locaties waar ooit de Olympische Winterspelen hebben plaatsgevonden, tegen 2050 niet meer voldoende sneeuw zal zijn om de spelen opnieuw te organiseren.
Als we het Russische Sochi dat in 2014 de gastheer was voor de winterspelen onder de loep nemen, dan zien we dat dit gebied tussen 1981 en 2010 iedere winter 100% kans had op een sneeuwdiepte van minstens 30 cm. Tegen 2041 heeft dit gebied nog slechts 5% kans hierop, ook wanneer er wordt gebruikgemaakt van sneeuwkanonnen.
Zelfs als we de wereldwijde CO2-uitstoot kunnen verlagen, wordt verwacht dat er in de toekomst in Sochi, het Franse Grenoble en Chamonix, en het Duitse Garmisch-Partenkirchen geen Olympische Winterspelen meer kunnen doorgaan. Andere locaties die hetzelfde lot zullen ondergaan zijn o.a. Vancouver in Canada, Squaw Valley in de VS, Sarajevo in Bosnië, Oslo in Noorwegen en Innsbruck in Oostenrijk.
De meeste skigebieden zijn zich bewust het probleem en proberen de verminderde sneeuwval goed te maken met sneeuwkanonnen. En hoewel deze artificiële sneeuw nuttig is om het skiseizoen te verlengen, zorgt overmatig gebruik ook voor een negatieve impact op het klimaat. Sneeuwkanonnen gebruiken grote hoeveelheden water en energie om sneeuw te maken. Tot circa 10 liter per seconde. Daarnaast worden er chemicaliën gebruikt om de structuur van de sneeuw te creëren. Als je alles bij elkaar optelt dan vormt kunstsneeuw een groter risico voor het milieu dan dat deze techniek het broeikaseffect vermindert.